Geen gebrek aan uitdagingen voor de vakbondsploeg van Familiehulp

Familiehulp is een grote Vlaamse onderneming met meer dan 13.000 werknemers: bedienden, verzorgenden, huishoudhulpen en ondersteunend personeel, verdeeld in verschillende regio’s, met elk een eigen vakbondsploeg en eigen uitdagingen, met allemaal één gezamenlijk doel: een fijne werkomgeving creëren voor hun collega’s. Vandaag laten we drie van die vakbondswerkingen aan het woord: Zorgregio’s Antwerpen en Mechelen en de dienstenchequeploeg van de provincie Antwerpen.

“Elke regio heeft echt wel zijn eigenheid en aanpak” vertelt Greet, die als verzorgende werkt in Antwerpen. “Maar de grote thema’s zijn wel grotendeels dezelfde,” bevestigt Frank, die in Mechelen werkt. “We hebben de afgelopen jaren enorm ingezet op eindeloopbaan bij het verzorgend personeel. Zo kwamen er 30-uur contracten voor vijftigplussers bovenop de sectorale VAP-dagen vanaf 45, 50 en 55 jaar.” Een ander thema is koopkracht. “Bij Familiehulp werken heel wat jonge collega’s met gezinnen. Voor hen is loon vaak hun prioriteit nummer één. Maar niet alléén voor hen natuurlijk,” weet Els uit Mechelen.

Bij de dienstencheque-afdeling van Familiehulp ziet personeelsvertegenwoordiger Martine nog een andere prioriteit. “Hoewel we één grote groep zijn, is er een groot verschil tussen de huishoudhulpen in de zorg en onze huishoudhulpen in de dienstencheques. Dat is een bron van frustratie, zeker omdat die verschillen niet makkelijk uit te leggen zijn. Zo is het bv. bij ons wél gelukt om maaltijdcheques te krijgen, maar liggen onze lonen liggen lager en is onze eindeloopbaanregeling niet zo gunstig als in de zorg.”

 

“Koopkracht en leefbare jobs staan hoog op de agenda”

 

Stappen vooruit

De verschillende ploegen hebben door sterk vakbondswerk stappen vooruit gezet. “Daardoor durven we ook kijken naar de uitdagingen voor de toekomst,” zegt Leen, bediende in Mechelen. Volgens Frank hoort daar zeker mobiliteit bij. “Wij gebruiken allemaal onze eigen wagen. De vergoeding die we daarvoor krijgen is onvoldoende. Er is bij de werkgever te weinig openheid om creatief naar alternatieven te zoeken, zoals bv. een hogere vergoeding of deelauto’s.” Daar is Brigitte uit Antwerpen het helemaal mee eens. “In Antwerpen gebruikt bijna niemand de auto, we moeten durven nadenken over alternatieve mobiliteitsoplossingen.”

Ook het grote personeelsverloop blijft een pijnpunt. “Onze huishoudhulpen vertrekken naar de concurrentie of scholen zich om tot verzorgende,” weet Martine. “Niet alleen bij de dienstencheques, ook bij de huishoudhulpen en verzorgenden in de zorg groeit het personeelstekort,” beaamt Leen. “De directie wil dan meer flexibiliteit. Maar het moet ook werkbaar blijven. Work-life balance zal de komende jaren hoog op de agenda blijven.”

En vanaf nu onder de vleugels van ACV Puls. Want begin dit jaar maakten de arbeiders in de gezinszorg de overstap naar ACV Puls. “Hopelijk leidt die verandering naar sterke resultaten,” stelt Greet.” Zowel bij de sociale verkiezingen als in het overleg.”

Auteur: Sofie Van Der Vreken | Afbeelding: Daniël Rys