Nood aan meer middelen voor kinderopvang

“Het wordt tijd dat onze job naar behoren wordt gerespecteerd,” foetert Martine Hoezee. “Sinds 2014 heten onthaalouders ‘kinderbegeleider in de gezinsopvang’. Maar om die nieuwe naam echt kwalitatief te kunnen waarmaken, is meer nodig dan mooie woorden.”

Het zit Martine hoog, zoveel is duidelijk. “Onthaalouders, maar ook het personeel in de kinderdagverblijven en de buitenschoolse kinderopvang, doen wel wat meer dan verzorgen”, zegt ze fors. “Dat de eerste duizend dagen essentieel zijn voor een kind, is geen blabla. Ze hebben meer nodig dan propere luiers. Dat willen wij hen ook geven. Vraag maar aan alle onthaalouders waarom ze hun job zo leuk vinden. Je zal niet vaak horen dat het is om luiers te verversen. Maar wel omdat we kinderen zien groeien, omdat we ze vaardigheden kunnen bijbrengen die ze later nog nodig zullen hebben. Knippen leren ze bijvoorbeeld pas in de kleuterschool, maar tegen die tijd hebben wij al 2,5 jaar naar dat moment toegewerkt. We leren ze verantwoord omgaan met een schaar, geen andere kinderen prikken. We werken aan hun fijne motoriek. Kortom, luiers verschonen is niet de essentie van ons werk. Wij zijn superbelangrijk in die eerste duizend dagen. Hetzelfde geldt voor de buitenschoolse kinderopvang. Dat is echt wel wat meer dan met de kinderen van de schoolpoort naar de opvang wandelen. In de opvang leren kinderen ook omgaan met hun emoties. Ze leren er dingen die ze op school niet leren. Maar dan moet het personeel wel de tijd en ruimte krijgen om dat waar te maken.”

 

“Wij willen ons werk volledig doen – niet half”

 

Aantal kinderen moet omlaag

Dat is nu veel te weinig het geval. “Als je acht kindjes moet opvangen, kan je niet veel meer doen dan luiers verversen en eten geven. En dat frustreert heel wat onthaalouders. Wij willen ons werk volledig doen. Niet half. Maar met acht kindjes in de opvang heb je niet de tijd om alles goed te doen. Het aantal kinderen per begeleider moet omlaag. Het werknemersstatuut is daarom van belang. Dan hoef je niet noodzakelijk zo veel kindjes op te vangen om toch een degelijk inkomen te hebben.”

Rotte fundamenten

Voor Martine is het duidelijk dat er meer middelen nodig zijn voor de kinderopvang. “Als dat niet gebeurt loopt er nog meer volk weg. Dat willen we toch niet? De middelen die de voorbije jaren geïnvesteerd zijn, waren broodnodig om de fundamenten van het systeem te verstevigen, want eerlijk gezegd: die fundamenten waren rot. Maar kinderopvang blijft een slecht betaalde job – zeker voor wie niet in een werknemersstatuut zit. En daarbovenop moet de job ook inhoudelijk beter worden, met meer aandacht voor de ontwikkeling van het kind.”

Ouderstaking

De overheid zo ver krijgen zal niet eenvoudig zijn. “Eigenlijk zouden we het werk eens een week moeten neerleggen. Maar dat zie ik nog niet gebeuren. Ten eerste omdat de onthaalouders – zeker die zonder werknemersstatuut – het geld niet kunnen missen. Maar ten tweede, of misschien zelfs vooral, omdat ze het de ouders niet willen aandoen. Want die komen dan serieus in de problemen. Misschien zouden de ouders eens moeten staken om de regering onder druk te zetten. Een week niet werken omdat ze niet de opvang krijgen die zij en hun kinderen verdienen,” vindt Martine. “Dat zou wellicht meer indruk maken.”

Openspattende zeepbellen helpen niet

“Het zou de waarheid geweld aandoen om te zeggen dat er niks beweegt in het dossier van de kinderopvang. Maar het gaat wel hemeltergend traag,” vat Nathalie Winters de evoluties van het voorbije jaar samen.

Sinds de septemberverklaring van vorig jaar kregen 619 onthaalouders een definitief werknemersstatuut en zijn de lonen van nogal wat kindbegeleiders verbeterd. Maar de malaise in de sector is daarmee nog niet opgelost. “Er is nog altijd een grote nood aan kinderopvang en betere lonen voor het personeel. En wij willen dat elke onthaalouder die dat wil in het werknemersstatuut kan stappen. Ook moet de kind-begeleiderratio naar beneden. Uit internationaal onderzoek blijkt eens te meer dat nergens in Europa meer kinderen per begeleider worden opgevangen dan in Vlaanderen. Het is tijd dat de Vlaamse regering werk maakt van een degelijke financiering van de kinderopvang. Wij willen geen openspattende zeepbellen, maar echt maatregelen die structurele oplossingen bieden.”

Lees meer op www.onthaalouders.be | Volg ons op Instagram @kinderopvangacvpuls

Standpunt: Jan Deceunynck | Afbeelding: Shutterstock