De Ongelijkheidsmachine vergroot kloof tussen arm en rijk

De ongelijkheid in onze samenleving neemt toe als nooit tevoren. In zijn boek ‘De Ongelijkheidsmachine’ schetst Paul Goossens (econoom, oud-hoofdredacteur van De Morgen en tegenwoordig columnist in De Standaard) een onthutsend beeld over hoe de ongelijkheid niet alleen fors toeneemt, maar hoe ze ook op alle vlakken steeds meer ingebouwd wordt. “Extreme ongelijkheid gaat over meer dan waanzinnige bankrekeningen. Het is een machine die haar territorium voortdurend uitbreidt, samenlevingen omwoelt, de verzorgingsstaat ontrafelt en uiteindelijk ook de democratie uitholt.”

Mag ik zeggen dat De Ongelijkheidsmachine een pessimistisch boek is?

GOOSSENS: “Er is in alle geval reden tot grote bezorgdheid. De ongelijkheid is moeilijk in te tomen. Het is een helse machinerie die de hele samenleving bedreigt. En het stopt niet met cijfers.”

Hoe bedoelt u?

GOOSSENS: “Het gaat om meer dan armoedecijfers. In mijn boek refereer ik vaak naar de VS, als ‘laboratorium’ voor tendensen die je ook hier ziet. Als je ziet hoe zorg en onderwijs daar georganiseerd worden, dan lijkt dat wel een nieuw systeem van aristocratie waarin goede zorg er enkel is voor wie het kan betalen en waar je al van in de kindertuin waanzinnige bedragen moet betalen voor goed onderwijs. En om verder te studeren moet je waanzinnig dure studieleningen afsluiten.”

In Europa is het gelukkig nog niet zo erg.

GOOSSENS: “Dat klopt. In Europa is de tegenmacht sterker. Niet in het minst dankzij de vakbonden. In de VS zijn die haast uitgeroeid. Nog maar 6% van de van de werknemers in de privésector is er aangesloten bij een vakbond. Ook bij ons zien we pogingen om de macht van de vakbonden te breken, maar ze hebben nog altijd invloed en remmen de ongelijkheid af. De vraag is hoe blijvend dat is. Want er komt steeds meer wetgeving om vakbonden te marginaliseren. Wie macht heeft doet alles om de tegenmacht te fnuiken.”

In uw boek schetst u de historische context. De jaren ’70 van de vorige eeuw waren volgens u een keerpunt.

GOOSSENS: “Na de Eerste Wereldoorlog nam de gelijkheid toe. Het einde van de oorlog en het algemeen stemrecht zorgden voor een nieuwe dynamiek. De New Deal en de Europese verzorgingsstaten na WO II versterkten dat nog. Maar de crisis van de jaren ’70 leidde tot deregulering op maat van de financiële industrie. In mijn boek noem ik dat het Wall Street-regime. Het is een enorme sterke lobby. Dat zie je nu ook goed in de discussie over de spaarrente. De banken krijgen 3,25% rente, maar geven niet eens 1% aan spaarders. Dat leidt tot een flagrante verarming van de bevolking. Zeker van de middenklasse, die geen aandelen of obligaties heeft. Dat wordt dan goedgepraat met het argument dat er geen alternatief is.”

De voorbije jaren hebben toch al heel wat economen en wetenschappers wél alternatieven aangereikt.

GOOSSENS: “De financiële magiërs blijven wegkomen met hun financiële abracadabra. Bovendien worden de beslissingen buiten het democratisch debat gehouden. De lijnen worden uitgezet door een relatief kleine groep machtige mensen zonder democratische legitimiteit. Ze creëren een transfer van arm naar rijk, terwijl het eigenlijk andersom zou moeten zijn. In 1980 bezaten de 1% rijksten 24% van de globale rijkdom in de Verenigde Staten. In 2020 was dat al 40%. En in 2021 bezaten de 10 rijkste mensen ter wereld 6,5 keer zo veel als de 40% armsten van de planeet. De rijksten bezaten gemiddeld 150 miljard dollar per persoon, terwijl de armsten nog geen 80 euro bezaten. Dat zijn obscene verschillen.”

Toch haalt u in uw boek ook een lichtpuntje aan: er zijn steeds meer cijfers die de groeiende kloof tussen arm en rijk objectief bewijzen.

GOOSSENS: “Dankzij het monnikenwerk van onderzoekers als Piketty zijn er nu heldere cijfers beschikbaar. In navolging daarvan heeft de Nationale Bank van België (NBB) nu een nieuwe berekeningsmethode gebruikt om de verdeling van de rijkdom in ons land te meten. Daaruit blijkt dat de 10% rijksten in België geen 46%, zoals vroeger gedacht, maar bijna 60% van de rijkdom in handen hebben. Ook in ons land is de ongelijkheid dus groter dan we dachten.”

Wat wil u met het boek bereiken?

GOOSSENS: “Dat meer mensen zich bewust zijn van de ongelijkheid en de machine die daar achter zit. Niet alleen is er nood aan democratisch debat, de ongelijkheidsmachine moet afgeblokt worden. De vakbonden hebben daarin een belangrijke rol. Het is niet toevallig dat de gelijkheid afnam toen de vakbonden aan invloed wonnen en opnieuw toenam toen ze aan macht inboetten. De voorbije decennia is de bevolking langzaam geïndoctrineerd, maar zijn ook wij als opiniemakers en media meegestapt in het neoliberale verhaal. Hoog tijd om dat terug te draaien.”

Het boek is verkrijgbaar in de boekhandel. Wij hebben hier drie gratis exemplaren liggen. Interesse? Stuur dan je naam en adres vóór 25 augustus 2023 naar topboek@acv-csc.be en maak kans op één van de drie exemplaren die we gratis weggeven.

Auteur: Jan Deceunynck |  Afbeelding: Davien Dierickx