Hoe krijgen we de energiefactuur omlaag?

Oplopende energierekeningen, dure winkelkarren, geïndexeerde huurprijzen… Voor steeds meer mensen worden de facturen onbetaalbaar. “De energiekorting van 400 euro van de federale regering is goedbedoeld. Maar de maatregel is heel breed uitgesmeerd en niet gericht op de mensen die het nu het moeilijkst hebben,” betreurt nationaal ACV-secretaris Mathieu Verjans.

“Bovendien loopt de maatregel eind dit jaar af. De koudste maanden moeten dan nog komen. Wij pleiten daarom voor een uitbreiding van het sociaal tarief. Dat moet méér mensen beschermen en langer dan maart 2023.”

Zet je dan de mensen nog genoeg aan om spaarzaam om te springen met energie? Want dat is belangrijk voor de klimaatomslag.

Verjans: “Op dit moment is het alle hens aan dek om de energiefactuur te kunnen betalen. Maar we moeten natuurlijk ook inzetten op energiebesparing. De Vlaamse overheid kan daar een grote rol in spelen. Ze kan collectieve maatregelen financieren, zoals renovatie van woningen om ze energiezuinig te maken. We kunnen grote vooruitgang maken door dat collectief aan te pakken, op wijkniveau. Denk maar aan isolatie of de installatie van zonnepanelen. Dat is goed voor het klimaat, maar ook voor de portemonnee.”

 

“Het lijkt me logisch dat de winsten van de energiebedrijven terugvloeien naar de samenleving”

 

Om dergelijke maatregelen te betalen, wordt gekeken naar een belasting op overwinsten van energieproducenten. Maar dat blijkt niet eenvoudig.

Verjans: “Dat wil ik best geloven. Maar als vakbond pleiten we al langer voor rechtvaardige belastingen die grote winsten zwaarder belasten. De energiebedrijven maken nu forse winsten. Het lijkt me logisch dat die winsten terugvloeien naar de samenleving en dan vooral naar de mensen die het nu heel moeilijk hebben. We moeten ook herbekijken hoe de prijs van de elektriciteit wordt bepaald. Dat goedkope zonne-, wind- en kernenergie even duur zijn als elektriciteit die uit duurdere gascentrales wordt opgewekt, is absurd.”

Jullie kijken ook naar de werkgevers. Zij moeten helpen om de facturen voor hun werknemers betaalbaar te houden.

Verjans: “Voor het woon-werkverkeer pleiten we voor een veralgemeende 80/20-regeling. Die houdt in dat het openbaar vervoer voor 80% wordt betaald door de werkgever en voor de overige 20% door de overheid. In veel bedrijven is dat al zo, maar niet overal. We willen ook een veralgemeende, wettelijke fietsvergoeding, zodat niemand afhangt van de willekeur van de werkgever. En we willen dat alle dienstverplaatsingen volledig worden betaald door de werkgever. Het is toch ongehoord dat werknemers in pakweg dienstenchequebedrijven zelf moeten betalen voor hun verplaatsing tussen klanten?”

En wat met de thuiswerkvergoeding?

Verjans: “Laat ons al beginnen met die te veralgemenen, want ze is nog altijd niet verplicht. Veel werknemers draaien dus zelf op voor de kosten van hun thuiswerk. En die lopen in deze energiecrisis stevig op.”

Zo sterk dat dat veel werknemers komende winter misschien wel terug naar kantoor zullen willen.

Verjans: “Thuiswerk is een individuele keuze voor de werknemer, die met meer te maken heeft dan met centen. Het gaat ook over tijdbesparing, de combinatie werk en privé… Maar werknemers hebben het recht om naar kantoor te gaan. Werkgevers die geen plaats meer hebben voor al hun werknemers, moeten dan de winst die ze maakten door te besparen op kantoorruimte maar gebruiken om een degelijke thuiswerkvergoeding te voorzien die de kosten van de werknemers dekt.”

 

“Wij beseffen dat veel bedrijven het nu moeilijk hebben en dat er soms weinig marge is. Maar aan de andere kant zijn er ook bedrijven die het zeer goed doen, of in het verleden genoeg buffers opgebouwd hebben.”

 

In veel bedrijven gaat komende winter de thermostaat omlaag. Kan dat zomaar?

Verjans: “Uiteraard hebben we daar begrip voor. Ook werknemers begrijpen dat energiebesparing belangrijk is. Maar 18 of 19 graden is misschien wel fris voor wie de hele dag zittend kantoorwerk verricht. We hopen dat er over die temperatuur dus overlegd wordt in de onderneming. Sociaal overleg helpt om tot oplossingen te komen.”

Kwatongen zeggen dat de vakbonden de economie kapot maken door nu financiële eisen te stellen.

Verjans: “Wij zijn een verantwoordelijke vakbond. Wij beseffen dat veel bedrijven het nu moeilijk hebben en dat er soms weinig marge is. Daar houden we rekening mee. Maar aan de andere kant zijn er ook bedrijven die het zeer goed doen, of in het verleden genoeg buffers opgebouwd hebben. Omwille van die verscheidenheid willen wij af van de loonnorm. Wij willen vrij kunnen onderhandelen, op maat van bedrijven en sectoren.”

Ook voor niet-werkenden stijgt de levensduurte. Hoe kunnen we hen helpen?

Verjans: “Ook voor niet-werkenden willen we extra koopkracht. De overheid heeft 900 miljoen euro klaarstaan om de uitkeringen op te trekken. Vakbonden en werkgevers moesten overleggen over de verdeling daarvan, maar de werkgevers wilden niet tot afspraken komen. Ze willen de uitkeringen niet optrekken en koppelen dit dossier aan de loononderhandelingen die binnenkort starten. Het is nu aan de regering om de knoppen door te hakken. We hopen alvast dat die de uitkeringen zo snel mogelijk – dus vanaf 1 januari 2023 – optrekt.”

Auteur: Jan Deceunynck |  Foto: James Arthur