De hoge tol van overmoed en zelfverrijking

Sociale ravage bij modegroep FNG

Op maandag 3 augustus sprak de rechtbank in Mechelen het faillissement uit van maar liefst 21 vennootschappen van de modegroep FNG. De werknemers van onder meer CKS, Fred&Ginger, Claudia Sträter en Brantano verloren van de ene dag op de andere hun job.

In deze bizarre tijden wordt dan al snel naar ‘corona’ verwezen. Maar dat is wat kort door de bocht, stelt Sven De Scheemaeker die het dossier als vakbondssecretaris op de voet gevolgd heeft. “Uiteraard had de crisis een grote impact op de inkomsten. Maar de belangrijkste oorzaken van dit sociaal bloedbad waren de hoogmoed en geldhonger van het oprichterstrio Dieter Pennickx, Anja Maes en Manu Bracke. Last van een opspelend geweten had CEO Dieter Penninckx niet. Aan een duizelingwekkend tempo volgde overname na overname, zonder oog voor een diepgaande integratie tussen de verschillende onderdelen. Criteria als ethische bedrijfsvoering, transparante jaarinfo, sociaal overleg en duurzame tewerkstelling waren absoluut van geen tel. Met zijn charisma en intelligentie leidde Penninckx de aandacht af van de realiteit op de winkelvloer en slaagde hij erin investeerders en leveranciers tot ongeziene risico’s te verleiden.”

Gebrek aan toezicht

Met de hulp van zakenkantoor Nauta Dutilh en bedrijfsrevisoren Figurad en Mazars groeide de modeketen uit tot een ondoorgrondelijk kluwen van vennootschappen met tentakels tot in belastingparadijzen als Hongkong en de Kaaimaneilanden. En ook de raad van bestuur stelde niet al te veel vragen. “In onverdachte tijden vertrouwde Penninckx me toe dat ik me van zijn raad van bestuur niet al te veel moest voorstellen. ‘Alles wat ik zeg en doe, passeert er relatief probleemloos’, zei hij,” legt Sven uit. “Het was een gezellige club vrienden en kennissen, die wellicht veel deden, maar zeker geen ‘toezicht houden’. Ook niet de Vlerick-professor, retailexpert en veelgevraagd spreker Gino van Ossel. “Onder zijn neus muteerde een relatief kleine modeketen tot een beursgenoteerd imperium met een onhoudbare schuldenstructuur, geworteld in louche fiscale constructies. Van Ossel was jarenlang de sparring partner bij uitstek van Dieter Penninckx als het over de (digitale) toekomst van FNG ging,” stelt Sven vast.

En ook de betrokken grootbanken gaan niet helemaal vrijuit. “Ze hadden moeten weten dat investeren in FNG een grote gok was. Ook zij konden niet aan de charmes en financiële beloftes van de FNG-topman weerstaan. Ze lieten zich ondanks interne waarschuwingen helemaal meeslepen,” aldus Sven. “Ze wisten dat investeren in FNG een grote gok was. Toch stelden sommigen FNG-obligaties als een veilige belegging voor aan hun klanten, amper een tiental jaren na de financiële crisis van 2008. Vele gewone klanten kwamen zo onwetend in een hoogst onzeker avontuur terecht.”

Beurswaakhond

Alleen beurswaakhond FSMA bleef wakker en bij de les. “Die vroeg al een klein jaar om verduidelijking bij een aantal cijfers. Niet in het minst omdat Penninckx geen officiële documenten kon voorleggen bij transacties ter waarde van maar liefst 94 miljoen euro. Deze niet onaardige som is tot op de dag van vandaag spoorloos. Daarnaast plaatste het FSMA ook bijzonder kritische kanttekeningen bij een aantal aandelencarrousels, opgesmukte waarderingen en ontbrekende cijfers. De beurswaakhond overhandigde begin juli een vuistdik onderzoeksrapport aan de gerechtelijke autoriteiten en sprak onomwonden van marktmanipulatie. Eind juni riepen we als vakbond ook al op om een gerechtelijk onderzoek op te starten naar de handel en wandel van het FNG-management. Met succes. Ondertussen is een onderzoeksrechter aangesteld, die met de hulp van een forensisch expert het hele dossier mag doorploegen.”

Weeffouten

Maar intussen is het personeel de pineut. “De overnames blijken zeer minimaal te worden ingevuld. Bij CKS gaat het over 53 jobs. En ook voor de andere stukken blijft de overname van het personeel beneden de verwachtingen. Dat het debacle van FNG ook voor het personeel een zwaar sociaal bloedbad is geworden, is dus duidelijk. Ook daarom dringt de vraag zich op hoe we als samenleving kunnen vermijden dat een nieuwe Dieter Penninckx opstaat en duizenden werknemers meesleurt in zijn hebzucht. Hiervoor zullen de vele weeffouten in het Belgische en Europese vennootschapsrecht moeten aangepakt worden. Een nagel waar we als vakorganisatie met veel overgave zullen blijven op hameren,” belooft Sven.

Als vakbond willen we vermijden dat bedrijven zoals in dit dossier duizenden werknemers meetrekken in hun val. Daar hebben we wettelijke hefbomen voor nodig. In een volgend artikel kom we daarop terug. Dan gaan we dieper in op de lacunes in de wetgeving.

Auteur: Jan Deceunynck | Foto: BelgaImage