Akkoord regelt vooruitgang voor bedienden uit begrafenissector

Voor de bedienden bij begrafenisondernemingen (paritair comité 320) is er sinds juli een sectorakkoord voor 2017-2018. Per 1 juli 2017 zijn de lonen met 1,1% verhoogd. De afspraken rond tijdkrediet en landingsbanen zijn verlengd en ‘gemaximaliseerd’.
Werknemers uit de sector hebben nu recht op 51 maanden voltijds of halftijds tijdkrediet als ze voor iemand willen zorgen. En op 36 maanden als het over een opleiding gaat. Onder bepaalde voorwaarden blijven ook landingsbanen mogelijk. Met SWT (brugpensioen) gaan blijft eveneens mogelijk als aan bepaalde criteria wordt voldaan. En de fietsvergoeding wordt opgetrokken van 0,22 naar 0,23 euro per kilometer.
Er is nu een eerste belangrijke stap gezet om een recht op vorming te voorzien voor de werknemers. Naast de wettelijke bepalingen wordt voor alle werknemers uit categorie 3 en 4 een minimaal recht op vorming ingevoerd. Werknemers met een functie uit klasse 3 zullen vanaf september 2017 minstens 20 uren vorming moeten krijgen, gespreid over drie jaar. Voor werknemers uit klasse 4 spreken we over 30 uren vorming.

Flexibiliteit

Vakbonden en werkgevers uit de sector willen geen verdere uitbreiding van de flexibiliteit. Het verbod op nachtwerk, zondagwerk en werken op wettelijke feestdagen blijft van kracht, met uitzondering van de bestaande regeling voor wachtdiensten. Als een andere vorm van grote flexibiliteit wordt gevraagd, kan dit in een onderneming alleen worden ingevoerd via een onderhandelde cao die de steun krijgt van minstens één vakbond. Die cao moet ook worden goedgekeurd door het paritair comité. Het krediet van 100 vrijwillige overuren, waarvan sprake in de Wet Peeters, wordt verhoogd naar maximaal 150 vrijwillige overuren op jaarbasis.
Los van het sectorakkoord is een ‘plan voor eerlijke concurrentie’ opgesteld om sociale fraude in de sector te bestrijden. Hierbij wordt gewerkt aan een eenvoudiger statuut voor ‘gelegenheidswerkers’. Er moet ook een tweede pensioenpijler komen; de besprekingen daarover zitten in de eindfase.

Auteur: Gert Sevens